Rider Waite Tarot

XII - THE HANGED MAN

Na de crisis die optreedt wanneer we inzien wat we van ons leven hebben gemaakt, volgt de vrede der aanvaarding. Na Gerechtigheid de Gehangene. Kunstenaars, schrijvers en psychologen hebben zich allen tot deze kaart aangetrokken gevoeld wegens de eenvoud en kennelijke spiritualiteit die er uitspreekt. We zijn reeds ingegaan op de occulte traditie die aan de omgekeerde houding en gekruiste benen ten grondslag ligt. Bij het bespreken van Kracht hebben we opgemerkt dat occultisten de energie die in verlangens zit opgesloten pogen te bevrijden en in spirituele energie te transformeren. Veel occultisten, voortbordurend op ideeën uit de traditionele yoga, dachten dat dit proces ten zeerste werd bevorderd, wanneer men letterlijk op zijn hoofd ging staan, zodat door de zwaartekracht de energie van de geslachtsdelen naar de hersenen werd overgebracht. Nu kunnen alleen de meest naïeve en optimistische occultisten dit letterlijk hebben opgevat. Misschien geloofden ze inderdaad dat bepaalde spoorelementen in het genitale vocht omlaag sijpelden en een bepaalde werking op de hersenen hadden. Aannemelijker is nochtans dat de omgekeerde lichaamshouding een omkering van een bepaalde geestelijke houding en ervaring symboliseert, die door een spiritueel ontwaken tot stand is gekomen. Waar iedereen zich druk maakt, vinden wij vrede in onszelf. Waar andere mensen zich vrij wanen, maar door bepaalde krachten die ze niet begrijpen van het ene in het andere belanden, zullen wij werkelijke vrede kennen door het begrijpen en aanvaarden van deze krachten.

De Gehangene hangt aan een T-vormige boom. Dit is het onderste gedeelte van een ankh, het Egyptische levenssymbool. Soms wordt het een tau-kruis genoemd; volgens Case vertegenwoordigde de ankh in Egypte de Hebreeuwse letter tau, die aan de Wereld wordt toegekend. Daarom ligt de Gehangene halverwege de Wereld. Hetzelfde kan worden opgemaakt uit het feit dat 12 het omgekeerde is van 21, terwijl we, wanneer we de kaart omdraaien, bijna dezelfde figuur te zien krijgen als op de Wereld.

Wanneer we ons dus afvragen welke kaart het midden van de Grote Arcana aangeeft, luidt het antwoord: het Rad, Gerechtigheid en de Gehangene. Niet één kaart dus, maar drie, hetgeen eerder op een proces dan op een moment duidt.

Let ook op het feit dat, terwijl de Danseres haar armen als het ware door middel van de magische staven verlengt, de Gehangene zijn armen gekruist achter zijn rug houdt. We dienen hierbij te bedenken dat hij omgekeerd is. In dit stadium kan een hoog spiritueel bewustzijn slechts in stand worden gehouden door een terugtrekking uit de maatschappij. Op de Wereld zien we datzelfde bewustzijn, maar dan volgehouden in het actieve leven.

Hij hangt aan een ankh, hetgeen deze boom tot een levensboom maakt. Als we terugdenken aan Odin, die zichzelf als een offer aan Yggdrasil ophing, kunnen we de galg ook de Wereldboom noemen. Deze boom begint in de onderwereld (het onbewuste) en reikt door de stoffelijke wereld (het bewuste) omhoog naar de hemel (het bovenbewuste).

Wat was afgebeeld in het schema van de Geliefden begint nu echt te gebeuren. Wat we eerder als ideeën beschouwden, wordt nu, na Gerechtigheid, werkelijke ervaring.

Het getal van de Gehangene is 12, dat wil zeggen 2 keer 6: de Hogepriesteres plaatst de Geliefden op een hoger niveau.

Afgezien van deze indringende symboliek heeft de Gehangene voor ons iets aangrijpends doordat hij een heel direct gevoel van vrede en begrip uitstraalt. Deze rust spreekt juist zo duidelijk uit de kaart, omdat de Gehangene zich aan het ritme van het leven heeft overgegeven. In de oude inwijdingen hield deze overgave een direct meedoen aan de ritualen in, in plaats van een indirecte betrokkenheid. Dit betekent voor velen het laten gaan van hun emoties die ze zoveel jaren hebben ingehouden. We zien ook dat beide aspecten handelingen zijn; overgave aan de Wereldboom is een werkelijke stap en niet alleen maar een passief wachten.

T.S. Eliots gedicht The Wasteland legt een verbinding tussen het idee van individuele overgave aan emoties en zowel de dorheid van het leven in Europa na de Eerste Wereldoorlog als de oude Graalmysteriën. De gewonde Visser-Koning bijvoorbeeld kan worden genezen door een `moment's surrender which an age of prudence can never retract'. T.S. Eliot beweerde niets van de tarot af te weten, maar er slechts enkele beelden van te gebruiken. Klopt dat, dan begreep hij intuïtief dat de Gehangene verband houdt met water. De meeste tarot-kabbalisten kennen de letter mem toe aan troef 12. Mem stond voor zeeën en dus voor het element water. Madam Sosotris waarschuwt haar ego-blinde klant: `Vrees dood door verdrinking: Het ego beschouwt overgave als een soort sterven - een oplossen in de Zee des Levens. Hij antwoordt echter: `Ik zie de Gehangene niet; waarop zij hem wijst op een andere kaart (geen standaardtitel), `De Verdronken Fenicische Matroos' en daarvan zegt: 'Dit is uw kaart'.

Degene die deze waarschuwing uit, is bekend met het lezen van de tarot. In de jaren twintig droeg Eliots gedicht sterk bij tot de popularisering van de tarotkaarten. Vooral de Gehangene werd erg bekend. Eigenlijk komt de Gehangene, zoals uit het bovenstaande blijkt, helemaal niet in het gedicht voor, maar wordt er alleen op zijn afwezigheid gewezen. De gekruiste benen doen denken aan een omgekeerde 4. Het getal 4 symboliseert de aarde met de vier windstreken. Door zijn eigen gevoel voor waarden om te keren heeft de Gehangene de wereld op haar kop gezet. De armen en het hoofd vormen samen een omgekeerde (water)driehoek. De weg naar het bovenbewuste gaat door het onbewuste. De Golden Dawn-kaart laat de Gehangene boven water hangen. Hij heeft zijn uiterlijke persoonlijkheid nog niet opgelost; zijn rust dient hem als voorbereiding.

We zien hier dus de 4, de wereld, bewustzijn, en de 3, die hier water voorstelt, oftewel het onbewuste in het lichaam van de Gehangene. Als we deze getallen vermenigvuldigen, krijgen we het getal 12. In het vermenigvuldigingsproces worden de oorspronkelijke getallen opgelost en tot een nieuw getal gevormd, dat groter is dan de som.

Het getal 12 doet, net als 21, denken aan zowel 1 als 2. De kaart reflecteert de Magiër in zoverre dat de kracht die door de staf werd aangetrokken nu in de Gehangene is gevaren; dit blijkt uit de halo rond zijn hoofd. Het ervaren van de geestelijke kracht in het leven manifesteert zich als een enorm gevoel van macht en opwinding gepaard gaande aan een gelijktijdige diepe kalmte. Het getal 2 doet denken aan de Hogepriesteres; dit geldt ook voor het water. Beide kaarten duiden op een terugtrekking, maar terwijl kaart 2 op het archetype van ontvankelijkheid wijst, toont kaart 12 dit als een echte ervaring.

1 Plus 2 levert 3 op. De Keizerin was direct met het leven verbonden door haar emotionele betrokkenheid; de Gehangene is dit door zijn innerlijk bewustzijn.

Als we de kaarten lezen, spreekt er vooral onafhankelijkheid uit de Gehangene. Net als de Dwaas, die te kennen gaf dat we ons door ons gevoel moeten laten leiden, zelfs al wekt dit de spotlust van andere mensen op, wijst de Gehangene ons erop onszelf te zijn, zelfs al denkt iedereen dat we het bij het verkeerde einde hebben. Hij symboliseert een gevoel van innige verbondenheid met het leven, zonder dat daar het onmiddellijke gevolg aan is verbonden dat er een eind aan zijn wonderbaarlijke kalmte zal komen. De kaart kan duiden op de vrede die op een moeilijke periode volgt.

Ondersteboven betekent de kaart ons onvermogen om onszelf te bevrijden van maatschappelijke pressie. In plaats van naar ons innerlijke zelf te luisteren, doen we wat anderen van ons verwachten. Ons bewustzijn van het leven blijft altijd `uit tweede hand'. Ze is nooit gebaseerd op directe ervaring, maar slechts op een serie stereotypen. Het schetst de persoon die zijn gedrag bijvoorbeeld baseert op de autoriteit van zijn ouders en het gedrag van filmsterren.

De omgekeerde kaart heeft ook betrekking op een innerlijk conflict. Dit kan wijzen op iemand die iets essentieels in zichzelf negeert of op iemand die de realiteit niet kan aanvaarden en voortdurend met het leven in de clinch ligt. Doordat hij zijn ego tegenover de wereld plaatst, ervaart zo iemand het leven eveneens onvolledig. Niemand van ons kan weten wat een vol leven inhoudt, totdat we onszelf, net als Odin, ophangen aan de Wereldboom, die geworteld is in de Zee der Ervaring, dieper dan kennis, en met takken die zich verliezen in de eindeloze sterrenhemel.